Water heeft een zeer hoge soortelijke warmte - dit betekent dat het erg veel (warmte energie kan opnemen, en dus ook afgeven.
Dit is er ook de reden van dat (oppervlakte-)water zo'n enorm grote invloed heeft op de atmosferische omstandigheden.
Ter illustratie: om een liter water op te warmen van 20 tot 100 graden, is ongeveer 8 x zoveel energie nodig als het opwarmen van een liter staal van 20 tot 100 graden.
Als geleider scoort water niet erg goed - de temperatuuroverdracht in stilstaand water is veel minder dan die in "stilstaand" staal (om even bij het voorbeeld te blijven) dus om het als overdrachtsmedium te gebruiken is het van belang om het voortdurend in beweging te houden, de menging zorgt dan voor de overdracht.
Wanneer in een koelsysteem het water gaat koken, zorgt de plotselinge extra beweging van het medium dan ook voor een forse toename van het koelrendement.
vr. gr.
Job
Edit : Ik merk dat ik niet de eerste was...
