Ter illustratie, een voorval van veel jaren geleden, hier komt mijn verhaaltje:
Ik was penningmeester van een vzw van wijnmakers. De Reynaert gilde bestond toen nog niet.
We huurden voor ons materiaal (pers, fruitmolen) en activiteiten een klein huisje met koertje in het Gentse. Mensen die thuis geen plaats hadden konden daar de hobby doen.
We hadden daar ook een buur die alles probeerde om ons daar weg te hebben. Later hebben we de reden gehoord: hij wou dat huisje absoluut voor z'n dochter, maar we hadden als eerste de toewijzing gekregen. Die man dreigde ook met van alles, om reden van geurhinder, ocharme omdat soms een mandfles een beetje stond te pruttelen!
Politie vaststelling gedaan: niks aan de hand.
Op een moment liet ie zich ontglippen dat z'n vrouw bij de BTW-controle werkte en ons op een en ander inzake BTW kon betrappen.
Inderdaad, maanden later kwam een uitnodiging van de controle BTW aangaande onze laatste jaarlijkse aangifte.
Ik en de voorzitter op afgesproken uur aldaar. Die ambtenaar zei dat hij gevolg moest geven op een klacht, hij zei ook dat hij niet mocht zeggen wie de klacht ingediend had. Die klachtbrief lag voor hem op z'n desk.
Hij heeft ons eens gepolst naar het karakter van de vzw/vereniging, haar activiteiten, hij was een en al oor. Dan over de aangifte: We konden al onze facturen / uitgaven / luttele inkomsten staven. Die meneer zag dat wij ter goeder trouw waren, kon niks aanmerken en onze papieren bleken in orde.
Hij bleek ons zelfs een sympathieke vereniging te vinden.
Plots zei hij "oh ja excuseer me even ik moet 5 minuutjes iemand zien, ik ben zo dadelijk terug".
Het was overduidelijk: we konden die brief die op z'n desk lag lezen en de afzender zien! Misschien heeft hij ons die 5' daarvoor alleen aan z'n desk gelaten!
De afzender bleek inderdaad de vrouw te zijn van die buur. De brief stond vol verschrikkelijke taalfouten!
De ambtenaar was terug. Zo, ik denk dat ik dat dossier dan mag afsluiten zeker? Ik zie niks waarop jullie iets kan verwijten. Handruk en wij weg.
Zo zie je, dat ook ambtenaren breeddenkend kunnen zijn en de grens van wat kan en niet kan in te schatten.
Later hebben we vernomen dat de echtgenote van die buur inderdaad op dat BTW kantoor werkte: ze was er poetsvrouw!