Laatst heb ik toch een duidelijk "bewijs" meegemaakt van wat water met bier doet. Het ging om bier van een brouwer waar heel vaak wel iets mis mee was: onverklaarbare verkleuring bij ouder worden, niet-fris smaken, smaakafwijkingen. Hij probeerde van alles (oxidatie voorkomen, meer gist, andere gist, korter beluchten, langer beluchten), maar niets hielp.
Totdat hij gewoon kraanwater gebruikte in plaats van ionenwisselaarwater. Die ionenwisselaar was er een van het verkeerde type: zo een die kationen wisselt voor natrium en anionen door chloride. Het was een standaard ontkalkingsapparaat.
Het kraanwaterbier was ontegenzeggelijk veel beter: het smaakte fris, de hoparoma's kwamen eindelijk eens uit. Het recept was verder hetzelfde als van een eerder bier gebrouwen met ionenwisselaarwater. En dan had ie nog niet eens zijn beslag aangezuurd. Waarschijnlijk wordt het dan nog beter.