met 1 a 2 punten onnauwkeurigheid voor het SG en o.1 voor je Brix kom je op een tolerantie van 0.4 tot 0.8 vol%. Voor mij zou +/- 0.5 vol% nog acceptabel zijn, omdat je anders al snel bij een ander soort bier uitkomt dan je dacht te hebben.
Als je je begin SG en eind SG weet, zoals in het voorbeeld van Kees, dan kun je dat heel goed als extra informatie gebruiken om ook daaruit je alcohol af te schatten, samen met de eind SG en refractometing. Als die 2 meetmethoden te ver uit elkaar liggen, zoals bij mijn bier (begin SG 1075, eind SG 1016, EindBrix 10.6) dan is er mogelijk iets met het bier niet normaal. (In mijn geval is het eiwitpercentage aan de hoge kant). Alleen vertrouwen op de SG+refractometing levert dan een verkeerd beeld op volgens mij. Dit bier was bij mij een gistproef met 1 wort en enkele gisten in aparte porties vergist, waarbij de meting gedaan is aan het hoofdbrouwsel van 50 Liter, Ik zal de metingen nog eens overdoen en ook voor de gistproeven.
Als iemand weet hoeveel eiwit er in wort (na het koken) en bier kan zitten dan hoor ik dat graag. Ik zal de brouwliteratuur er nog eens op naslaan. Voor wat ik op dit moment weet, schat ik dat het eiwit percentage van gekookte wort ergens tussen 1 en 5 gew% ligt en van bier ergens tussen 0.5 en 4%, waarbij ik ergens gelezen heb dat meer dan 5% eiwit troebeling en smaak afwijkingen oplevert. Op basis van die gegevens kan het dus best dat je SG+Brix meting een goed resultaat oplevert, maar het kan ook net zo goed 2 vol% te hoog zijn als je eiwit 2% hoger is dan normaal.
Ik zou voor willen stellen om van zoveel mogelijk brouwsels begin SG,eind SG en eindBrix te verzamelen en ergens op deze site op te slaan, zodat we deze methode in de thuisbrouwpraktijk kunnen testen. (Ik neem aan dat bij commerciele bieren de methode veel beter bruikbaar is omdat daar de omstandigheden veel beter te controleren zijn, bv eiwit)
groet,
Hans.