Affligem Blond

Gestart door Henk oet Paiz, 04-04-2004 10:46 u

Vorige topic - Volgende topic

0 leden en 1 gast bekijken dit topic.

Adrie

Ha Herman,

Ik gebruik altijd pellets, vandaar dat ik dat hier opgeef. Je kunt natuurlijk ook bloemen gebruiken, maar dan moet je de hoeveelheden iets aanpassen. Maar dat moet je ook als je alfazuurpercentages anders zijn.

Groeten,

A3

Edgar

Over één smaakaspect van Affligem hebt ik jullie nog niet gehoord: Metaal. Ik heb de afgelopen dagen een aantal Affligems gedronken, en naar mijn idee; als je wilt dat de kloon op Affligem gaat lijken, zul je wat ijzer moeten toevoegen. Dit bier heeft een onmiskenbare metaalsmaak. Niet zo sterk als Hommelbier of Super des Fagnes, maar duidelijk aanwezig en, indien niet geproefd, te ruiken door wat bier op de rug van de hand te smeren. Ik geloof niet dat dat in dit geval van hop komt, daar is het te sterk voor. Voor zover het tenminste waar is dat hop een metaalsmaak kan geven.

MO

Ik heb geen enkele metaalsmaak waargenomen in de affligem. Voorlopig maar even klonen zonder. IJzersulfaat toevoegen zie ik niet bepaald zitten.

Iets anders: ik ben niet tevreden over mijn giststarter. Hij smaakt naar een cider. Wat heb ik gedaan? Vrijdag drie flesjes op wort gezet. Zondag samengevoegd in een erlenmeyer met verse wort. Een uurtje belucht. Maandagavond weer een uur belucht. Vanaf dinsdag veel activiteit maar een vieze maggi zwavellucht. Gisteren alweer minder activiteit maar veel appels in de smaak. Ben ik nu een acetaldehyde starter aan het maken? En zou dit genoeg uitverdunnen zodat ik het niet meer proef in het echte bier? Het lijkt niet geinfecteer, volgens mij smaakt dat anders.
Ik ben van plan er vanavond ca 800 ml van te maken en dan ca 20 uur constant te beluchten zodat het zaterdagmiddag bij het wort kan. Maar als hij echt vies smaakt dan moet er maar een korrelgist bij.

Iemand advies?

Johannes

Hoi Martin,

Ik heb ook wel eens een affligem starter gemaakt heb hetzelfde geconstateerd, ik denk dat je er probleemloos mee kunt brouwen. (Hoewel ik daar zelf destijds niet aan toe ben gekomen). Naar mijn idee is het gewoon Affligem geur en smaak alleen dan sterker.

:degroeten:

Johannes

Edgar

Citaat van: MO op 03-12-2004  09:49 uIk heb geen enkele metaalsmaak waargenomen in de affligem.

Ik zal er zeker een lage drempel voor hebben. Misschien door de vullingen in mijn kiezen (Redox!). Ik zal er verder niet over zagen, maar doe me een plezier let er eens op bij volgende Affligem of doe de hand-proef.

SiriS

Iets anders: ik ben niet tevreden over mijn giststarter. Hij smaakt naar een cider. Wat heb ik gedaan? Vrijdag drie flesjes op wort gezet. Zondag samengevoegd in een erlenmeyer met verse wort. Een uurtje belucht. Maandagavond weer een uur belucht. Vanaf dinsdag veel activiteit maar een vieze maggi zwavellucht. Gisteren alweer minder activiteit maar veel appels in de smaak. Ben ik nu een acetaldehyde starter aan het maken? En zou dit genoeg uitverdunnen zodat ik het niet meer proef in het echte bier? Het lijkt niet geinfecteer, volgens mij smaakt dat anders.

MO, Lijkt me dat je te maken hebt met het "Crabtree effect". Probeer de giststarter constant te beluchten en gistvoedingszouten toe te voegen. De gistvoeding direct na het koken toevoegen en dan afkoelen.

Groet, PE-ter

MO

Heb je een link voor me waar het crabtree effect wordt uitgelegd? ik heb er nog nooit van gehoord. Gistzouten heb ik helaas niet op voorraad, het constante beluchten was ik al van plan.

MO

Bedoel je het

the glucose-induced inhibition of oxidative phosphorylation, known as the Crabtree effect

huh?

Adrie

Citaat van: MO op 03-12-2004  12:06 uHeb je een link voor me waar het crabtree effect wordt uitgelegd? ik heb er nog nooit van gehoord. Gistzouten heb ik helaas niet op voorraad, het constante beluchten was ik al van plan.

Beetje Pokon erbij?

Het Crabtree effect is eigenlijk het omslagpunt waarbij de gist omschakelt van groei onder invloed van zuurstof naar zuurstofloze ethanolproductie. Geloof ik. HIER staat nog iets leuks.

Misschien dat dit iets opheldert:
Crabtree effect: the inhibition of oxygen consumption on the addition of glucose to tissues or microorganisms having a high rate of aerobic glycolysis; the converse of the Pasteur effect.

Alcoholic fermentation may occur even under fully aerobic conditions, a phenomenon known as the Crabtree effect

Groeten,

A3

MO

Formation of fermentation byproducts such as ethanol, acetic acid and glycerol not only reduces the biomass yield but also affects the formation of biomass-related products. To prevent alcoholic fermentation, tight control of the sugar concentration is needed. In industry a low sugar concentration is maintained by aerobic sugar-limited fed-batch cultivation at growth rates below the critical growth rate (Reed, 1982; Barford, 1987; Hensing et al., 1995). However, due to imperfect mixing in large-scale bioreactors local sugar concentrations often exceed the respiro-fermentative threshold (Sweere et al. 1988). Local high sugar concentrations trigger alcoholic fermentation within seconds, resulting in a local ethanol production and thus in a decrease of the biomass yield. This rapid response is called the short-term Crabtree effect (Petrik et al., 1983; Van Urk, 1989).

Jaja, al googelend leert men.

MO

En nog meer info op http://www.xs4all.nl/~marcelf/GeneralIntroduction.htm

Crabtree effect
In general, the Crabtree effect is described as the occurrence of alcoholic fermentation under aerobic conditions (Crabtree, 1929; de Deken, 1966; Fiechter et al., 1981; Van Dijken & Scheffers, 1986). More specifically, the long-term Crabtree effect and the short-term Crabtree effect can be distinguished (Van Urk, 1989).

The long-term Crabtree effect is defined as aerobic alcoholic fermentation under steady-state conditions at high specific growth rates (Fiechter et al., 1981; Postma et al., 1989).
When S. cerevisiae is cultivated in a glucose-limited chemostat the long-term Crabtree effect appears when the dilution rate (and consequently the specific growth rate) exceeds the so-called 'critical specific growth rate' (Figure 1). The long-term Crabtree effect has been explained from a limited respiratory capacity of respiratory sugar metabolism (Fiechter et al., 1981; Petrik et al., 1983; Rieger et al., 1983; Käppeli, 1986).
Postma (1989) studied the correlation between the occurrence of the long-term Crabtree effect and the levels of key enzymes in glucose metabolism in glucose-limited chemostat cultures grown at various dilution rates (Postma et al., 1989). An uncoupling effect of respiration (reflected by an enhanced qO2; Figure 1) coincided with the accumulation of some acetic acid in the cultures. Postma et al. proposed that the increased respiration rate might reflect uncoupling by acetate. The accumulation of acetate was explained by these authors from an insufficient amount of acetyl-CoA synthetase at high growth rates (Postma et al., 1989). Similarly, it was proposed that the onset at alcoholic fermentation at even higher dilution rates might be due to a limited capacity of acetaldehyde dehydrogenase, thus necessitating the redirection of the carbon flux via alcohol dehydrogenase (Postma, 1989).
The definition of the short-term Crabtree effect is the instantaneous aerobic alcoholic fermentation upon addition of excess sugar to sugar-limited and/or non-fermenting cultures (Rieger et al., 1983; Verduyn et al., 1984; Van Urk, 1989; Figure 2). This effect was explained in terms of an 'overflow' in metabolism. When a culture of S. cerevisiae is exposed to excess sugar the glucose consumption rate increases until the respiratory capacity becomes limiting (Petrik et al.,1983; Käppeli and Sonnleitner, 1986).
Van Urk (1989) studied the short-term Crabtree effect and compared some Crabtree-positive with Crabtree-negative yeasts. Several differences were revealed between Crabtree-positive and Crabtree-negative yeasts, including different kinetics of glucose uptake, rates of glycolysis and glycogen formation and the levels of a number of key enzymes involved in pyruvate metabolism. Most strikingly, ethanol production rates showed a clear positive correlation with the level of pyruvate decarboxylase in Crabtree-positive yeasts. All Crabtree-positive yeasts contained higher levels of this fermentative key enzyme than the Crabtree negative yeasts. Furthermore, high levels of acetaldehyde dehydrogenase and acetyl-CoA synthetase were observed in the Crabtree-negative yeasts. These may 'pull' the carbon flux towards respiration, despite the presence of some pyruvate decarboxylase.
Recently, Pronk and co-workers (1998) increased pyruvate decarboxylase levels in the Crabtree-negative yeast Kluyveromyces lactis by more than ten-fold by introduction of multiple copies of the S. cerevisiae PDC1 gene. When an aerobic steady-state chemostat culture of this Pdc-overproducing strain was exposed to excess sugar, aerobic alcoholic fermentation was absent and the strain retained its Crabtree-negative phenotype. This indicates that, apparently, a high level of pyruvate decarboxylase is not the sole reason for ethanol formation under aerobic conditions.
The hypothesis that a limited activity of acetyl-CoA synthetase is the cause of acetate excretion by S. cerevisiae has recently been tested by overproducing this enzyme. When respiring cultures of such engineered strains were exposed to glucose excess, acetate production were not reduced, despite a 3-6 fold overproduction of acetyl-CoA synthetase (de Jong-Gubbels et al., 1998). This indicates that a 'bottle-neck' at the level of acetyl-CoA synthetase is not the sole cause for acetate excretion.


SiriS

Essentie is dus dat de gist in een giststarter meer dan genoeg glucose (moutextract) tot zijn beschikking heeft, eerst belucht wordt en dus anaerobe groeit waarna het beluchten stopt in de log-fase van de gist (actie MO) waardoor de gist ethanol gaat fermenteren wat veel bijproducten oplevert.

Groet, SiriS

Adrie

Zonder internet zou bierbrouwen nog grotendeels een black-box voor ons zijn. Nu gaat onze kennis dagelijks met sprongen vooruit. Dit noemt men wel het Bertens-effect.

Groeten,

A3

MO

Siris, je bedoelt neem ik dat aan dat gist aeroob groeit na beluchten en niet zoals je schrijft anaeroob

A3/Siris, zal ik deze giststarter nu gebruiken of niet? Ik kan er natuurlijk op gokken dat de gistbijproducten genoeg verdund worden, tot onder de smaakdrempel.

SiriS

MO,

Aerobe inderdaad! Persoonlijk zou ik deze giststarter niet gebruiken.

Groet, Peter

Adrie

Wat we hieruit leren, is dat de giststarter vooral niet met teveel moutextract moet gebeuren. De vraag is dan, hoeveel is goed? Iemand info?

MO, ik zou toch gokken op verdunning en afbraak. We weten dat bij de hoofdvergisting veel vluchtige producten verdwijnen en dat andere stoffen weer door de gist worden opgesnoept. Wie weet wat er gebeurt. Best een interessant experiment, toch?

Groeten,

A3

gelfling

Joepie! Mijn gist van de zeeuwse gistbank is binnen.
Nu is het alleen wachten tot er een gistfles vrij komt.
Ik heb helaas maar 2 flessen. 1 staat chouffe oud recept op, en 1 een blond bier eigen recept.

Mijn volgende is de affligem en daarna nog een chouffe kloon poging.
Ik haal tussen kerst en oud/nieuw nog een gistfles erbij. Toch wel handig in een drukke brouw periode.
Ik heb toch verplicht vrij en kan in een week best 2 keer brouwen denk ik.
Tenzij mijn vrouw andere karwijtjes bedacht heeft......
Is het recept voor affligem in promash te krijgen? Wat is nu definitief?

MO

A3,
ik ben het niet helemaal met je eens. Volgens mij moet je gewoon niet schoksgewijs beluchten. Ik bedoel zoals ik heb gedaan: eerste een uurtje niet en dan een uurtje wel.
Je moet denk ik of op de normale manier, dus zonder beluchten, je giststarter maken (dat kan best met deze lichte blonde, het is geen heel zwaar karwei voor de gist), of je moet CONTINU beluchten. Dit laatste hoeft dan maar 24 uur.

Ik ga eerst nog eens heel goed proeven vanavond en misschien brouw ik morgen wel een ander bier dan de Affligem blond. Ik wilde nog een tweede testbatch maken voor de 200 L batch. Ik heb helemaal geen zin om te gaan brouwen met een verdachte giststarter, dat zijn geen experimenten waar ik verwacht veel wijzer van te worden.

Adrie

Heren,

Mijn kloonversie is gisteren gebrouwen. Vanmorgen al behoorlijk wat activiteit, hopelijk spuit hij vandaag niet het waterslot uit. Ik heb voor het eerst sinds lange tijd weer eens de pH gemeten en zowel het beslag als het spoelwater aangezuurd. Aan het beslag heb ik ook nog wat calciumchloride toegevoegd voor het aanzuren. De chloride moet als het goed is de zoetigheid wat ondersteunen.Verder heb ik aan het wort FermAid K toegevoegd (gekregen van SiriS) voor een voortreffelijke vergisting. Benieuwd hoe dit bier weer uitpakt.

Groeten,

A3

gelfling

Nogmaals:

Is het recept voor affligem in promash te krijgen? Wat is nu definitief?


MO

A3,
heb je de giststarter 24 uur belucht? Hoe rook en smaakte de giststarter.

Ik heb gisteren wel gebrouwen maar niet de blond. Dat wordt volgende week. Ik durfde de giststarter toch niet te gebruiken.

Waarom waren we allen aan het brouwen op de dag van de Goedheiligman?

Adrie

Ha MO,

Ik heb de giststarter zelfs 48 uur belucht. Geen rare smaakjes of geurtjes.

Groeten,

A3

MO

A3,
waarmee heb je aangezuurd en tot welke pH? Wat is je vergistingstemperatuur?

Adrie

Hoi MO,

Ik heb aangezuurd met melkzuur tot 5,4. Het bier staat nu op kamertemperatuur te vergisten. Vannacht was de kamertemperatuur gedaald tot 17 graden, maar het gistende bier was 19,5 graden. Ik denk dat ie een stuk warmer is als ik vannavond thuis kom. In ieder geval zal ik de temperatuur nauwkeurig monitoren (doe ik toch altijd al) en bij de proeverij melden.

Groeten,

A3

Adrie

Heren,

Gisteren toen ik thuis kwam gistte het bier voluit. De temperatuur van het bier was 24,5 graad (omgevingstemperatuur 19-19,5 graad). Heerlijke geuren kwamen door het waterslot. In de avond werd de gistactiviteit duidelijk minder en toen ik naar bed ging kwam er geen koolzuur meer door het waterslot. Nu zegt dat niet zoveel, want mijn gistingsvat is niet geheel luchtdicht. Pas als de koolzuurproductie boven een bepaald niveau komt, is de druk hoog genoeg om koolzuur door het waterslot te laten ontsnappen. De temperatuur van het bier was gedaald naar 22,3 graad (omgevingstemperatuur 17 graad). Vanavond maar eens even een monstertje trekken en wellicht al overhevelen. De hoofdgisting was dus na zo'n 28 uur al klaar!

Groeten,

A3

Tags:

Zoeken met Google op deze site.
Brouwspullen zijn ook te koop via Bol.com.
Als je iets bestelt bij Bol.com (ook andere zaken dan brouwspullen) via deze link steun je het forum.


Het boek van de beheerder van deze site.