De oplosbaarheid van iso-a-zuur is veel hoger dan van a-zuur, ik meen iets van een factor 5. Luister eens naar mijn theorie. Er lost X a-zuur op in kokend wort, dit wordt langzaam omgezet naar Y iso-alfazuur. Na deze omzetting is er X-Y a-zuur aanwezig. Er kan dan weer een Y hoeveelheid a-zuur oplossen, die dan vervolgens weer omgezet wordt naar iso-a-zuur.
Omdat de omzetting van a-zuur naar iso-a-zuur alleen bij >90 °C efficient verloopt, kan er dus veel meer a-zuur oplossen omdat het met de tijd wegreageert.
Daarom denk ik dat het hoprendement bij koken veel en veel hoger is dan bij maischen.
Ben ik te volgen?